Mislopen nieuwe kabelfabriek toont aan dat vestigingsklimaat Amsterdam onder druk staat door energiecongestie en stikstof
Deze week werd door een artikel in het Financieel Dagblad bekend dat TKH zijn nieuwe kabelfabriek niet in Amsterdam maar in de Eemshaven bouwt vanwege de congestieproblematiek op het elektriciteitsnet in de hoofdstad. We stelden drie vragen hierover aan Kees Noorman, directeur van ORAM.
Waar gaat het hier om?
TKH produceert kabels voor off-shore windparken en zocht een kustlocatie voor haar nieuwe kabelfabriek. Vanwege de capaciteitsproblemen op het stroomnetwerk in de hoofdstad lukt dat niet. Daardoor wijkt TKH nu uit naar Eemshaven waar ze naar verwachting in 2023 operationeel zijn om aan de enorme vraag te kunnen voldoen. Daarnaast zou het bedrijf drie tot vijf jaar bezig zijn geweest met de benodigde vergunningen doordat de beoogde locatie dicht bij een Natura 2000-gebied ligt en je dan te maken krijgt met stikstofnormen.
Hoe staat ORAM hier in?
Het is terecht dat deze problematiek aandacht krijgt. Recent stonden we in het FD met een artikel met de eerste effecten van de energiecongestie. Bedrijven willen wel elektrificeren, maar door de congestie is de elektriciteit niet beschikbaar. De hoofdstedelijke energietransitie dreigt hierdoor tot stilstand te komen, innovatieprojecten kunnen geen doorgang vinden en zoals nu blijkt: bedrijven vestigen zich niet in onze regio. Wij kennen inmiddels meerdere gevallen waarin bedrijven hebben afgezien van vestiging in de Amsterdamse haven en dat is heel zorgelijk. Wat ORAM betreft moeten deze prangende problemen dan ook met voorrang worden opgelost.
Wat betekent dit voor Amsterdam?
Een forse tegenvaller. Amsterdam mist niet alleen een investering van €130 miljoen en werkgelegenheid in de vorm van 100 tot 150 banen, maar geeft op deze manier ook signalen af naar andere bedrijven. Bestaande bedrijven kunnen niet uitbreiden en ook de bouw van woningen komt op losse schroeven te staan. Dit heeft een afschrikeffect op het investeringsklimaat van Amsterdam. Dat maakt het steeds moeilijker om te investeren, mede vanwege de onzekerheid over het verkrijgen van noodzakelijke vergunningen. Tot en met 2027 zit het stroomnetwerk van de hoofdstad voor het grootste gedeelte vol. Ondertussen is een taskforce van de gemeente bezig met de bedrijven om te kijken of gebruikspatronen aangepast kunnen worden en de elektriciteit te herverdelen.