De verhuizing van ICL in de Amsterdamse haven is een goede stap, maar de medaille heeft ook een keerzijde
Gisteren kwam het nieuws naar buiten dat ICL Fertilizers, HES Bulk Terminal (voorheen OBA), ontwikkelaar Heren 2, Port of Amsterdam en de gemeente een intentieovereenkomst hebben bereikt om de kunstmestfabriek van ICL te verhuizen naar het voormalig OBA terrein. Een positieve ontwikkeling want ICL krijgt de kans om de fabriek naar de laatste stand der techniek efficiënt en duurzaam op te bouwen op een nieuwe locatie in de Amsterdamse haven. Voor HES Bulk terminal is de komst van ICL bovendien een mooie invulling van hun strategie in het post-kolen tijdperk, reeds ingezet met de overname van IGMA. De intentie is dat de verhuizing in 2026 plaatsvindt, waarbij o.a. stikstof en energiecongestie nog uitdagingen vormen.
Woningbouw niet mogelijk voor 2052
Op het huidige ICL-terrein aan de Fosfaatweg in de Coenhaven zullen tot 2052 bedrijven met een lagere milieucategorie gevestigd worden. Dit zijn bedrijven die elders in het gebied plaats moeten maken voor woningbouw of nieuwe infrastructuur. Pas na 2052 kan dit deel van Haven-Stad ontwikkeld worden tot woongebied, mits er dan ook een oplossing is gevonden voor de andere bedrijven die daar gevestigd zijn. Dit geldt echter niet voor de noordoever in het plangebied Haven-Stad; daar komt woningbouw juist dichterbij door deze verhuizing. Met verstrekkende gevolgen voor de scheepsreparatiewerf van Damen.
Positie Damen onder druk
Met het zo gunstige perspectief voor ICL en HES Bulk Terminal ontstaan onzekere tijden voor de scheepsreparatiewerf van Damen in Noord. De garage van de internationale zeehaven waar grote schepen terecht kunnen voor onderhoud en ‘refitting’, dagelijks werk biedend aan vele honderden medewerkers en toeleveranciers. 100 jaar oud, maar springlevend: de orderportefeuilles zijn gevuld voor de komende jaren. Een boegbeeld van Amsterdamse maakindustrie. Toch dreigt dit bedrijf te verdwijnen aan het eind van dit decennium als er niets gebeurt. Sinds de gemeente haar plannen voor grootschalige woningbouw op deze plek ontvouwde en projectontwikkelaars greep kregen op het gebied staat de continuïteit van de scheepswerf op het spel. Nu ‘overbuurman’ ICL met zijn grote milieucirkels vertrekt, wordt de druk nog groter om snel woningen te ontwikkelen zonder dat er een oplossing wordt geboden voor de toekomst van de scheepsreparatiewerf.
Meer dan een inspanning is nodig
De gemeente is weliswaar bezig een nieuwe locatie te vinden, maar lijkt niet bereid om geld bij te leggen, zich beroepend op de positie dat zij er niets aan kan doen dat de huur afloopt. Deze positie is bevreemdend: immers zonder de gemeentelijke plannenwolken voor woningbouw in het gebied was de interesse van projectontwikkelaars er niet geweest en was de huur aan Damen niet opgezegd. Daarnaast levert de exploitatie van de gronden voor woningbouw de gemeente aanzienlijke inkomsten op. De zoektocht van de gemeente naar een nieuwe locatie leverde tot op heden een beperkte scheepsreparatiefaciliteit op, met zo’n 15% van de huidige capaciteit van Damen in Noord. Om de werkgelegenheid en de ‘garagefunctie voor de haven’ te behouden is echter meer nodig.
Daar komt nog bij dat de ruimte voor bedrijven om te verhuizen steeds beperkter wordt: een werf als die van Damen, ook in compactere vorm, verhuis je niet zomaar even. En in de haven is de ruimte schaars, mede door grootschalige woningbouw en verstedelijking, maar ook autonome groei van bedrijvigheid en ambities op het gebied van energietransitie en circulaire economie. Ter illustratie: over de verhuizing van ICL is ruim 2,5 jaar onderhandeld en nog zijn er belangrijke hordes te nemen naar realisatie. Om plaats te maken voor woningbouw zullen we dan ook de ogen open moeten houden voor nieuwe locaties voor de haven en het NZKG, zoals de Houtrakpolder. Hiervoor zou de gemeente zich sterker moeten inspannen, het is immers in haar eigen belang.
Voor ORAM is het altijd cruciaal geweest dat we havengerelateerde bedrijven als ICL behouden voor Amsterdam. Het is een knap staaltje werk van alle partijen dat dat gelukt is. Het feestje is echter pas compleet als er ook helderheid komt voor andere bedrijven, met als meest urgente de scheepsreparatiewerf. Het zou mooi zijn als we binnen afzienbare tijd ook daarop het glas kunnen heffen.